Cymbopogon martinii behoort tot de plantenfamilie Gramineae, die oorspronkelijk uit Noord-India of Pakistan komt. Het is een familie van grassen en zeggen waarvan Cymbopogon een belangrijk geslacht van ongeveer 120 verschillende soorten en variëteiten is. Cymbopogon martinii, is een grassoort waarvan 2 variëteiten bekend zijn: gembergras, Cymbopogon martinii var. sofia en palmarosa, Cymbopogon martinii var. motia of ook wel Cymbopogon martinii var. martinii.
Het zijn grassoorten die belangrijke bronnen zijn van commercieel waardevolle verbindingen zoals bijvoorbeeld geraniol, citral en eugenol. Natuurlijke verbindingen die, zowel als grondstof in de parfumindustrie of als grondstof voor de synthese van industriële reuk- en smaakstoffen, in grote hoeveelheden gebruikt worden.
Palmarosa wordt nu in Afrika, Indonesië, Brazilië en op de Comoren op grote schaal gecultiveerd. Het gras in India Motia genoemd groeit ten noordoosten van Bombay nog steeds in het wild vooral op droge gronden en zonnige berghellingen. In Nepal en in mindere mate in Pakistan wordt het gekweekt voor de productie van essentiële olie.
Palmarosa is een tot 3 meter hoog gras met lange lancetvormige bladen en roodbruine bloeipluimen in de herfst.
De essentiële olie wordt ook wel Indiase- of Turkse Geranium genoemd, dit omdat de olie vroeger vanuit Bombay naar de havens aan de Rode Zee werd verscheept en vandaar uit over land naar Constantinopel en Bulgarije. Op de Balkan en ook in Turkije werd en wordt palmarosa-olie veel gebruikt voor het versnijden van echte rozenolie.
Een belangrijk commercieel centrum voor palmarosa is het westen en noordwesten van Ellichpur in India waar zich vele destilleerderijen bevinden.
Om de essentiële olie te winnen wordt het gras vlak voor de bloei geoogst, kort gedroogd, gesneden en dan gedestilleerd. De essentiële olie is lichtgeel tot olijfkleurig en heeft een zoete, kruidige op rozen lijkende geur. Daarom wordt de olie ook veel gebruikt als goedkope vervanger van echte rozenolie.
Palmarosa olie is een belangrijke geurstof in de cosmetische industrie en in beperkte mate een smaakstof in bijv. tabak. Zowel de olie als de gedroogde plant worden vermeld in de Indiase Materia Medica en worden gebruikt in de Ayurveda, de traditionele Indiase geneeskunde.
De olie wordt aanbevolen bij zenuwpijn, spit, ischias en reumatische pijn, terwijl het kruid wordt gebruikt bij de behandeling van koorts, slechte spijsvertering en dikke darmontsteking.
Eén van de voornaamste bestanddelen van de olie is geraniol en daardoor is palmarosa niet alleen zeer waardevol in de huidverzorging, maar ook bij spijsverteringsproblemen en als schimmelwerend en antibacterieel middel.